Als we het dan toch over als en dan hebben, dan kunnen we stellen dat dan groter is dan als maar als hetzelfde is als dan. Maar tegelijkertijd is als tevens kleiner als dan en toch is dan ook anders dan als. Het als/dan-dilemma onder de loep. Met een beetje van mij en een beetje van Van Kooten en De Bie.
Als en dan lijken soms wel net zo onafscheidelijk als Bert en Ernie. Ze zijn net zo nauw met elkaar verbonden als ze door elkaar worden gehaald. Of misschien is dit ook wel de reden voor de verwarring. Maar als je er dan toch over nadenkt, Bert en Ernie haalt ook niemand door elkaar…
Groter dan, liever dan, anders dan …
Dan is het grote broertje. Je gebruikt hem bij de vergrotende trap: beter dan, groter dan, sterker dan…
En je gebruikt dan na het woord anders.
- Anders dan de meeste, draag ik graag een roze zonnebril.
- Hij heeft het anders op geschreven dan zij.
- Deze rozen zijn roder dan die.
‘Hij eet liever jam als pindakaas.’ Eet hij nou liever jam of pindakaas? Wat denk jij? Dankzij het gebruik van het woordje als eet hij toch echt liever pindakaas.
Net zo als, even oud als…
Bij een vergelijking gebruik je als. Dus het een is net zo goed als het ander, de boer heeft evenveel koeien als zijn collega-boerin, en je kunt er net zo goed mee stoppen als je er toch een potje van maakt.
Hetzelfde geldt voor even. Je bent even oud als iemand. En je bent ook even goed als die ander.
Voor mijzelf stel ik hem altijd grafisch voor, zoals in dit voorbeeld:
Hier volgt nog een filmpje van Van Kooten en De Bie met een bijzondere twist op het als/dan-dilemma.