Je kan de pineut zijn. Maar ook de sigaar. En als je de klos bent, dan ben je ook de sjaak. En in alle gevallen ben je tevens de pisang. Waarom vijf woorden voor één toestand? En wat hebben ze met een wiebelend klokkenspel te maken?
Ik kwam het gezegde de klos zijn tegen en dacht: vreemd toch, de klos zijn, want hoe ben je nou een klos garen? Of beter gezegd, als je het moet bekopen dan word je dus een klos garen. Niets had mij voorbereid op wat er toen volgde…
Voor ik het wist vlogen ze mij om de oren. Een scrotem, een lid, een banaan, een pinda. Alle delen kwamen voorbij om zich te promoveren tot de beste versie van het mannelijk lid. En ook ik voelde mij nu alsof ik de klos was.
Nu heb ik mij nooit voorgesteld hoe dat moet zijn, je als een klos (kloot) voelen. Maar ik kon er maar moeilijk ‘hoogte’ van krijgen.
En om nu niet te veel onbedoelde schuine woordsappen te laten vloeien wil ik mij beperken tot het opsommen van de uitkomst. En dat voorspel(t) natuurlijk niet veel goeds.
- Een pisang staat voor banaan.
- De klos is de kloot of het scrotum.
- De pineut komt via het Engels binnen als een pinda.
- Een sigaar spreekt voor zichzelf.
- En het mannelijk deel gaat blijkbaar – het was mij volledig onbekend – schuil onder de bijnaam Sjaak.
Persoonlijk vind ik het bijzonder dat wat voor naars je ook overkomt je in het Nederlands altijd terug kan grijpen naar een penis. Nogmaals ik bezit dit stuk mannelijkheid niet – noch enig ander deel even voor de duidelijkheid – maar de volgende keer als ik mij de klos mag noemen zal ik daar een heel ander sentiment bij ervaren dan voorheen.
En waarom er zoveel namen zijn bedacht voor een wiebelend klokkenspel, Sjaak mag het weten …
Deze column verscheen ook op taalvoutjes.nl